Grote afval

De grote afval is een concept binnen het christendom, dat zich op het laatst tijdens de Reformatie ontwikkelde, op basis van de perceptie dat de oorspronkelijke, apostolische Kerk afvallig is van het geloof zoals door Jezus en zijn twaalf apostelen bedoeld werd.[1] Binnen het protestantisme wordt hiermee gedoeld op het toelaten van elementen uit de Grieks-Romeinse cultuur door de Rooms-Katholieke Kerk, zoals de mysteriecultus, het aanpassen van heidense feesten en het vereren van beelden. Deze werden volgens deze visie toegelaten om heidenen aan te trekken tot de Kerk.[2]

De uitdrukking is ontleend aan 2 Tessalonicenzen, waarin de apostel Paulus de kerk vertelde dat de wederkomst van Jezus niet eerder plaatsvindt dan wanneer velen zich van het geloof hebben afgekeerd en de wetteloze mens verschenen is.[3]

  1. Harvey Newcomb (2003): Great Apostasy: Being an Account of the Origin, Rise and Progress of Corruption and Tryanny in the Church of Rome, Kessinger Publishing, pp. ix.
  2. Will Durant: The Story of Civilization, deel 3: "Caesar and Christ"
  3. 2 Tessalonicenzen 2:3-4

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search